Het 3de deel van onze Sardinië-reis start vandaag, we laden ons autootje in en vertrekken richting Alghero. We nemen een stukje de kustroute zodat we passeren via Sant’Antioco een klein schiereilandje, via een brug verbonden met het grote eiland.
Het is maar een klein uurtje rijden en gelukkig geeft dit plekje wel een instant vakantiegevoel, Sant’Antioco zelf is een beetje een slaperig dorpje, maar wel een beetje schilderachtig. Het ligt vlak aan de zee en heeft een mooie promenade, waar overal kleine (meestal blauwe ) vissersbootjes drijven. Op de kade zelf, onder de grote palmbomen zitten de inwoners rustig te babbelen. De dames zitten in de schaduw op een bankje te kwebbelen en de heren staan stoer in blote bast aan het water elkaar ( ongetwijfeld straffe ) verhalen te vertellen … het leven kan simpel zijn soms 🙂
Er zijn op het schiereiland nog enkele andere dorpjes, maar die laten we bewust links liggen, want het is best nog een eindje rijden naar Alghero, en we willen het rustig aan doen. De weg naar het westelijk deel van Sardinië is best OK, je zou het bijna een autosnelweg kunnen noemen, en er is ook weinig verkeer. Dat is ons bij eerdere lange ritten ook al opgevallen, zo druk het aan de kusten overal is, zo rustig is het in het binnenland en op de verbindingswegen. Dat is wel zo rustig rijden natuurlijk, maar toch een beetje bizar. Na een ritje van nog enkele uurtjes nadere we ons reisdoel voor vandaag
Alghero, of beter Porto Conte is de plek waar ons volgend hotel zich bevindt. We vinden het zonder al te veel problemen en het is deze keer werkelijk schitterend gelegen, aan een kleine baai met postkaartallures, wat een verschil tegen het vorige logement in Cagliari !!! We melden ons aan en de vriendelijke juffrouw aan het onthaal vertelt ons met een grote glimlach dat we zomaar gratis en voor niks een upgrade krijgen naar een ‘betere’ kamer, zelfs 2 flesjes gratis water krijgen we erbij … maar dat water wel enkel vandaag, meldt ze ons heel ernstig … grappig wel 🙂
We installeren ons op de kamer, en gaan alvast eens rondwandelen op het domein van het hotel. Het is een beetje opgevat als een dorpje, met blokjes van telkens 4 huisjes met elk 4 appartementjes erin, die liggen dan ook gegroepeerd in een vierkantje met een pleintje in het midden, heeft best een gezellig uitzicht. Er zijn zo verschillende pleintjes, wat het dus meer op een dorpje doet lijken dan op een hotel. Er is ook een heel mooi zwembad ( met zeewater, zout dus ! ) van waaruit je via een vlonderpad ook rechtstreeks de zee in kan, mooi aangelegd wel. Je kan rustig aan het zwembad zitten of aan het strand, wat je zelf het liefst doet.
We nemen alvast een drankje op het terras van de bar naast het zwembad en genieten van het mooie uitzicht en het prachtige weer ! S Avonds eten we in het restaurant, ook weer met uitzicht op de baai, zalig 🙂






Geef een reactie